Ik heb iets met schoenen. Niet alleen ben ik er dol op, ik ben volgens mijn partner de Texelse Imelda Marcos (voor de jongere lezers: even googlen).
Ik heb ze in alle soorten, maten en kleuren. Ik ben vooral dol op korte en lange laarzen. Mijn partner vraagt zich regelmatig verbijsterd af waarom een mens zoveel schoenen nodig heeft. Maar ja, voor netjes, voor in de stal, voor zomer, voor winter, voor…. ja, waarvoor niet. Komt nog bij dat ik een handige kleine maat heb, die altijd ruimschoots is vertegenwoordigd in de uitverkoop. Hij heeft gesteld dat er pas een nieuw paar in mag als er een oud paar uit gaat. Ja natuurlijk…
Zedig
Ik heb niet alleen iets met schoenen van mezelf, maar ook met die van anderen. Ik kijk altijd wat voor exemplaren iemand aan heeft. Sterker nog, ik kan door een drukke winkelstraat zedig met mijn blik neerwaarts gericht lopen. Alleen is dat dan omdat ik schoenen loop te kijken. Het zegt veel over mensen, wist je dat? Je kan je nog zo leuk aankleden, je schoenen verraden je ware karakter.
Rijlaarzen
Wat mijn eigen schoenen en laarzen betreft houd ik best van extreem. Ook op stal. Ik heb ooit, toen ik in Londen was voor de Olympische Spelen, knalrode lak jodphurs gekocht van het merk Dublin, die ik met veel plezier heb gedragen. Alleen niet te paard. DD heeft al een vrij heftige kleurencombinatie, dus dat wordt me wat te bont. Ik sta wel te likkebaarden bij plaatjes van rode of groene rijlaarzen, maar ik houd me in. Ik draag voor de training heerlijk zittende donkerbruine Petri Athene en ik gebruik voor de wedstrijd gewone, zeer ouderwetse zwarte Petri’s van wel 20 jaar oud. Ik ben volgens mij de enige nog met zulke instappers. Maar ik draag ze al die jaren alleen voor de wedstrijden. Het is nostalgie geworden, met die laarzen heb ik de mooiste concoursen tot op het hoogste niveau meegemaakt. Ik verbeeld me dat het zweet van mijn voormalige topper Davy er nog in zit. Ik poets ze met echte schoensmeer, die ik speciaal meeneem uit Engeland, want daar hebben ze kiwi parade gloss gewoon in de supermarkt. Kwestie van dun insmeren, goed uitpoetsen en nawrijven met een oude panty. Ze zien eruit als laklaarzen. Maar dat zijn het dus niet. Gewoon ‘spit and polish’. Of op z’n Nederlands: ellebogenstoom.
Slippers
Mijn schoenenfetish gaat wel gepaard met een tic. Ik heb iets tegen tenen. Al vallen de mussen dood van het dak, je zult mij nooit op slippers of sandalen zien. En ik heb echt niet van die rare tenen. Ik weet niet wat het is, ik vind tenen gewoon afstotelijk. Er mag bij mij ook niemand aankomen. Mensen (met name mannen) op sandalen staan bij mij meteen al een punt achter. Waar ik helemaal niet tegen kan is slippers in de buurt van een paard. Wij hebben niet veel regels op stal, maar dat is echt verboden! En ik denk altijd dat dat overal wel zo is, want zonder cap is dat tegenwoordig bijna ook, maar dat is niet zo. Vandaar dat ik onlangs maar weer eens de horrorfoto heb gefacebookt van de verminkte voet waar een paard op heeft gestaan. De reacties vlogen door het plafond. Of het helpt? Tja. Het heeft geen hoog erotisch gehalte, maar ik draag een paar stevige stallaarzen onder een korte broek of een rokje als ik de paarden ’s zomers verzorg. Ik heb wat tegen tenen, maar ze zijn me toch te lief om ze op het spel te zetten…
ps.
Nog even een update over Socrates. Ik stond vorige week echt met de telefoon in mijn handen om de dierenarts te bellen en er een einde aan te maken, zo benauwd was hij. Je kunt een paard niet uitleggen dat hij even moet volhouden tot het weer omslaat. Het was zo akelig om te zien. Maar door de nieuwe medicatie via een puffer knapte hij iets op en besloot ik nog even te wachten. En toen begon het te regenen. Het is bizar wat een verschil dat uitmaakt. Vandaag kwam hij in galop door de wei op me af. Gelukkig, want nog meer verdriet trek ik nu even niet.