De vorige keer toen ik het over dit onderwerp had, werd ik met de dood bedreigd. Dus als er volgende week geen nieuwe blog is, weet je hoe het komt. Ik stond nietsvermoedend totaal een ander persoon te zijn op mijn stiletto’s en in een kokerrok (zo af en toe vermom ik mezelf) tijdens een nieuwjaarsbijeenkomst, tot ik werd aangesproken over…paardenpoep.
Niets weet de gemoederen zo in beweging te brengen als uitwerpselen, van welke aard dan ook. Apart is dat toch. Zo ook deze keer. Wij wonen in een buitengebied langs één van de kleinste (en oudste) weggetjes van Texel. Het is niet zo dichtbevolkt, er staan maar een paar huizen. Er zijn twee maneges gevestigd en er zijn nog wat mensen met paarden, waaronder wij. Om bij het bos met de ruiterroutes te komen, moeten wij met onze viervoeters langs deze weg. Die is smal en kronkelt enigszins. Gelukkig is er een brede berm, al is die -zeker in de wintermaanden- nogal zacht en niet zo egaal.
In de zomermaanden werken de maneges vanaf een andere locatie, dichter bij het bos. In de winter is het minder druk, met uitzondering van de vakanties. In die tijd worden er ritten gereden en kan het dus voorkomen dat er soms een paar keer per dag een groep paarden langs die weg gaat. Wij rijden het hele jaar hierlangs, maar zijn met minder en gaan niet elke dag naar het bos. Kennelijk toch nog tot ergernis. Want ja, er valt wel eens wat. En, zo kreeg ik te horen, wij rijden de bermen stuk…
In de emotie
Het is moeilijk om over het onderwerp ‘paardenpoep’ te praten zonder in de emotie te schieten. Van beide kanten. Want ik betrapte mezelf erop dat ook mijn temperatuur opliep. Dat gebeurde omdat er wel heel makkelijk het één en ander werd gezegd in het kader van ‘je moet ook’. Ik doe nu mijn best om er nuchter naar te kijken. In ogen van iemand die niets weet van paarden, zijn er ‘oplossingen’. Paardenmensen weten hoe onhaalbaar bij een rijpaard een stellage aan zijn staart is om de poep op de vangen. Of rondrijden met een schep op je rug, iets opscheppen met in één hand een paard en dan je rit vervolgen met een ritselende plastic zak vol poep bij je. Paarden zijn namelijk vluchtdieren, die schrikken daarvan. En dan gaan ze heeeel hard. Dat is gevaarlijk, daarbij verongelukken mensen en dieren. Mensen die niets van paarden weten, snappen niet dat je ze niet met teugels aan een boom kunt knopen, omdat ze een bit in hebben. In hun ogen zijn wij ruiters onwillig in het bedenken van oplossingen. In onze ogen komen ze met allemaal onwerkbare, levensgevaarlijke of regelrecht paardonvriendelijke ideeën. Heeft dit met onwil of onbegrip van beide kanten te maken? Kennelijk is het niet zo gemakkelijk. Als het gouden plan ertussen had gezeten, was dat allang ingevoerd. ‘Voor de deur’ is in het buitengebied een ruim begrip. Niemand woont rechtstreeks aan de straat. Als er iets recht voor iemands’ oprit valt, ben ik nog wel bereid om na de rit terug te gaan en het aan de kant te schuiven. Maar in de berm…daar zie ik het probleem niet zo van. Ik ken ook iemand die zelf een schep heeft klaarstaan en het dankbaar meeneemt als gratis bemesting voor zijn rozenstruiken.
Enige alternatief
Los daarvan is deze weg onze enige route naar het bos. Ik kan daar niet naartoe vliegen. Als je het vervelend vindt dat paarden sporen maken in de berm, is over de weg ons enige alternatief. Maar dat stuit dan weer op bezwaar dat er poep op het wegdek komt. Bovendien is het nogal gevaarlijk, aangezien veel van die niet-paardenmensen ons vaak te hard in de auto willen passeren. En daarbij half door de berm crossen. Die daarvan nogal stuk gaat. Maar dat terzijde.
Hondenpoep is niet vergelijkbaar
Als je je ergens aan stoort, zie je dat overal. Ik heb zelf bijvoorbeeld een pesthekel aan harde muziek. Als ik eerlijk ben over hoe vaak dat bij ons in de buurt te horen is, is het antwoord ‘zeer weinig’. Maar ik vind het vervelend, dus gevoelsmatig til ik er zwaarder aan àls ik eens iets hoor. Het kan maar zo zijn dat er eveneens zo’n gevoel leeft over de hoeveelheid paarden en poep. Als je je daaraan ergert, is één paard en één drol al teveel.
Uiteraard wordt altijd de hondenpoep-wordt-wel-opgeruimd-kaart getrokken. Ik merk dat ik me moet beheersen om niet weer in de verdediging te schieten. Iets met plastic zakjes met hondenpoep, die overal en nergens aan omheiningen worden geknoopt. Poep van schapen en hooglanders, wat kennelijk geen probleem is. Het verschil tussen vleeseters en planteneters. Zodra er emotie bij te pas komt, gaat het begrip voor elkaar en voor argumenten het raam uit. Kan ik me verplaatsen in de klagers? Ik doe echt mijn best, maar dat valt me niet mee.
Anonieme naamgever
Ik ben opgegroeid op het platteland, waar het gebruikelijk is om een paar laarzen of klompen onder het hossie naast de buitendeur te hebben. Een rondje op je knappe schoenen is meer iets voor in de stad, waar trottoirs zijn en alles keurig is aangeharkt. In het buitengebied krijg je nou eenmaal snel vieze voeten. Ligt er geen mest, dan is er een groot deel van het jaar modder. Dat hoort erbij als je buiten woont.
Is het reëel om je omgeving te willen aanpassen, zodat jij je niet meer stoort? Wil je dat wij helemaal verdwijnen met die paarden? Iemand had anoniem een bord met ‘strontstraat’ over het naambordje van de weg gehangen. Ik vraag me altijd af wat je met zoiets wilt bereiken. Het nodigt niet bepaald uit tot dialoog en het zoeken van oplossingen. Het jaagt mensen in de gordijnen. Het wordt gezellig bij de volgende buurtbarbecue, denk ik dan.
Mens, erger je niet
Poep is helaas zichtbaarder dan de vervuiling door auto’s. Ik ben voorstander van wildroosters en dan allemaal beesten los laten lopen, zoals in the New Forest. Dan woon je pas echt landelijk en is het gelijk af met dat hardrijden. Verder ben ik van de goede harmonie, proberen om met begrip voor elkaar iets te bedenken waar alle partijen zich in kunnen vinden. Dat betekent dus óók begrip voor ons ruiters… En relativering, want hoe groot is dit probleem nou eigenlijk?
If pigs could fly…