Het was een redelijk rustige week. Gelukkig mooi weer en qua werk weinig vliegende spoed dingen. Dus een uitgelezen moment voor een lang uitgestelde klus: het schilderen van de enorme houten toegangsdeuren en een stukje nokhout voor en achter van onze schuur.
Schilderen is geen hobby van me. En het schuren dat eraan vooraf gaat al helemaal niet. Maar ja, laten doen is ook zowat. En het is nou ook weer geen hogere wiskunde, dus hup, even de schouders eronder. Gelukkig heeft onze buurman een officiële steiger en hebben wij de leukste buren van iedereen, waardoor ik niet griezelig hoefde te wiebelen op een laddertje. Wat gezien de hoogte sowieso al geen optie was, want daarmee haal je het niet.
Niks geen verenigde schilders…
Het is hier alsof de duvel ermee speelt. Het gaat altijd hetzelfde. Zodra het eerste gereedschap voor de dag komt, wordt partner weggeroepen voor werk. Dat gebeurde nu ook, maar niet nadat het schuurapparaat eerst moest worden vervangen, want zonder tegenslag lijkt zoiets nooit te gaan. Maar het duurde niet lang voordat ik mezelf in mijn eentje schaakte met een kwast in de ene hand voor de gleufjes tussen de planken en een roller in de andere.
Met bibberende knietjes
Helaas heb ik behoorlijk last van hoogtevrees. Wat doe je dan in een achtbaan in de Efteling, vraag je je misschien af. Wel, als die naar boven gaat, houd ik altijd mijn ogen dicht. Dat is geen optie als je met een verfkwast iets moet doen. Partner was weg en ik wilde toch even profiteren van de tijd die ik had en het mooie weer. Dus drie keer zuchten en naar boven. Eerst maar even zitten op die hoogste verdieping. Alleen haalde ik daarmee de nok niet, ik moest echt staan. Door strak te blijven kijken naar wat ik aan het doen was lukte dat. Ben je langs gefietst, dan was dat de reden waarom ik niet terugzwaaide. Kon effe niet.
Aliens….
Met trillende kuiten stond ik na een paar uur toch redelijk tevreden op de grond. Net op tijd om de paarden weer binnen te zetten. Hoewel groen haar de mode is, vind ik het bij mij geen gezicht. Ik had daarom een kunstig vlechtwerkje gemaakt met een plastic zakje om mijn staart aan een petje. Maar dat was ik vergeten. In de wei liep echter iemand die ervan was overtuigd dat de achterste helft van mijn hoofd werd verzwolgen door een monster, wat het binnenzetten er niet eenvoudiger op maakte. Het zullen de verfdampen zijn geweest, waardoor het zo lang duurde voor het kwartje bij mij viel.
Ademhalen was zelfs lastig
De tabel hoeveel verf je nodig hebt blijkt een slimme verkooptruc zodat het lijkt dat het qua kosten meevalt. Ik heb me keurig aan alle voorschriften gehouden, maar ik kwam toch een pot tekort. De verkoper verzekerde me dat de kleur (dennengroen) door de computer wordt gemengd en dus exact hetzelfde is. Vanmorgen wilde ik het resultaat bekijken. Maar….ik kon mijn bed bijna niet uit komen. Spierpijn! Of ik heb in al mijn enthousiasme een rib gekneusd, zo voelt het althans. Niet te geloven wat een pijn. Mijn niet meewerkende ouwe lijf vervloekend ben ik naar stal gestrompeld, want ja, dat gaat altijd door. En ik ben van het soort dat vindt dat bewegen hoe dan ook heilzaam is. Maar ik moet bekennen dat dit de traagste variant van stallen uitmesten ooit was. Er zit hier een wijze les in. Als je paard herstelt van een blessure, vindt hij weer bewegen in het misschien niet zo’n leuk idee. Maar het is wel beter voor hem, dus je moet even doorzetten. Ik was ook liever in een hoekje gekropen. Door toch in actie te komen, hoe langzaam dan ook, heb ik nu waarschijnlijk alweer wat minder last.
SMW Texel
Daarna keek ik naar de deuren…. Je voelt ‘m al aankomen: kleurverschil! Oftewel, ik moet nog een keer. Hoewel een rondje buiten rijden pas echt wonderen deed voor mijn pijnlijke lijf (complimenten voor de super aardige kraanbestuurder die op een smal weggetje keurig inhield en zo voorzichtig deed dat we er probleemloos langs konden) moet ik er nog even niet aan denken. Ik ga het hele weekend moed verzamelen, door als speaker bij de jaarlijkse Texelse samengestelde menwedstrijd iedereen flink aan te moedigen.