Klantenservice, Koninklijke wijn en clinic

Ik loop met een vriendin een grote ruitersportzaak binnen. Ze zoekt nieuwe rijlaarzen. Ze heeft altijd merk X, maar het model dat haar goed bevalt is uit het assortiment. Dus het wordt een kwestie van passen. Ze heeft vooraf uitgezocht welke zaak het merk voert, dus we zitten goed. Denken we. Ze hebben merk X en nog wel vijf andere.

Er komt iemand vragen of ze kan helpen. Jazeker, we zoeken een opvolger voor rijlaars merk X. Ze wijst verveeld naar het rek waarin tientallen laarzen staan. Dat hadden we zelf ook al bekeken, maar het is misschien handig als iemand even de juiste maat van vriendin pakt…? Welke maat mag dat dan zijn? Wel, ze had altijd 38,5. ‘Die hebben we niet’, zegt de verkoopster uit haar hoofd. ‘Dan wordt het 38 of 39.’ ‘Doe dan maar 39’ zegt vriendin. En of ze ook haar kuitmaat weet? Ongeveer wel ja, maar misschien voor de zekerheid even nameten? Zuchtend komt er een centimeter tevoorschijn. ‘Je moet een rijbroek aan’, zegt de vrouw. Mijn vriendin draagt een skinny spijkerbroek en werpt tegen dat ze regelmatig met twee lagen over elkaar rijdt, omdat ze beroepsmatig in weer en wind buiten is. Dus als de laars over haar spijkerbroek past, zit ie zeker goed. De verkoopster kijkt sceptisch, pruttelt nog wat, maar loopt toch weg naar het magazijn.

Het ligt aan jou…

Even later komt ze terug met één doos. Merk X, toch maat 38,5. Vriendin maakt zelf de doos open, pakt een laars en…veel te smal bij haar enkel. Meer dan met een andere broek kan worden opgelost. Vriendin is absoluut niet stevig van model, maar staat de hele dag. ‘Oh je enkels zijn te dik. Dan hebben we niks’, zegt de verkoopster. Ik wil me er niet te erg mee bemoeien, maar dit is me toch iets te kort door de bocht. ‘Misschien een andere maat of een ander merk proberen?’ opper ik. De dame kijkt verstoord op. ‘Nee hoor, we hebben niks wat je past.’ Ze maakt geen aanstalten om ook maar iets uit het magazijn te halen.

Ga maar ergens anders heen…

Na enig aandringen van onze kant komt er een maat 39 van hetzelfde merk, type en kuitmaat. Die bij de enkel net zo smal is. ‘Ga maar naar een winkel die merk Y heeft, die zijn breder’, zegt ze. Ik pak nog een soortgelijke laars van een ander merk uit het rek, maar ze maakt geen enkele aanstalten om daar de juiste maat van te vinden en ze herhaalt dat we maar ergens anders naar merk Y moeten zoeken. Ik zie mijn vriendin steeds pissiger worden. Zij had verwacht dat er een stapel dozen tevoorschijn zou komen, zodat dat ze meerdere laarzen kon passen. Ze had bij binnenkomst ook nog wat leuke shirtjes gezien, maar is inmiddels zo gedesillusioneerd door de behandeling, dat ze alleen maar weg wil.

Dat past toch meer mensen niet?

Het kan natuurlijk dat deze verkoopster de voorraad zo goed kent dat ze daardoor inderdaad zeker weet dat er niets passends is en teleurstelling wil voorkomen. Dat ze niet wist dat ze toch 38,5 had, spreekt daarbij niet in haar voordeel. De hele manier van doen maakte nou niet echt de indruk dat ze erg graag rijlaarzen wilde verkopen. Gevolg is dat ze door haar aanpak ook niets anders verkoopt aan ons. Tweede punt is dat die sierlijk gesneden smalle laarzen wel leuk zijn voor mij, maar dat er ook een deel van de bevolking is dat daar niet in past. Of het strakke gevoel niet prettig vindt. Vriendin wil bovendien zachte laarzen van goede kwaliteit, want ze loopt er de hele dag op. Kunststof is in opkomst en zacht, maar dat houdt het geen jaar uit in haar werk.

Drukke week

Wat een week toch weer. Die begon trouwens met een boeiende clinic van Alizee en Jesse. Daarna had ik vier keer op één dag een zeiknatte jas en zijn de paarden zelfs net na de middag naar binnen gegaan, omdat ze stonden te rillen in de aanhoudend plenzende regen. Je moet op dit moment even niet zeuren over watertekorten en klimaatopwarming tegen mij. Daarna was ik een goeie klant van de veerboot, met veel overzeese activiteiten, waaronder gezellig wijn drinken met een Koninklijke Hoogheid, die gewoon een erg leuk (paarden)mens bleek te zijn.

‘Stop nooit met leren, blijf open staan, blijf nieuwsgierig.’ Wijze woorden van Alizee Froment die liet zien hoe zij haar paarden traint. Ze gaf tevens les aan Matt en Jesse, die ik al wat langer ken van interviews en heel graag mag. Jongens met het hart op de goede plek, gevoel voor humor en stapelgek op hun dieren. Het was boeiend. Ik heb me natuurlijk wekenlang bezig gehouden met het boek van Alizee. Zelf heb ik een bijzonder klassieke achtergrond op paardengebied en ben ik zelfs naar Portugal geweest om bij de beroemde Luis Valença te trainen. Dat alles zag ik terug in het werk wat zij doet. Voortdurend zijgangen (mijn lesklanten weten wat ik bedoel met ‘Portugal-oefeningen’), vooral veel op de volte, gericht op het sterker maken van de achterbenen, met een zeer zachte hand of zelfs zonder, want ze deed ook veel met alleen een neckrope of ernaast. Eigenlijk is zo’n sessie veel te kort om de boodschap duidelijk over te brengen. Niet dwingen, maar vragen. Blij zijn met een heel klein beetje. Nooit de voorkant -en zeker niet dichttrekken of een hoofdhouding met je hand bewerkstelligen- maar altijd alles vanuit de achterkant. Kijken en luisteren naar wat je paard zegt. En daar dan ook echt naar luisteren en niet alsnog wat jíj van hem wil opleggen. Meer geduld, meer wachten.

 

Wachten…praat me er net van. Ik ga straks proberen of DD weer goed loopt. In de wei zie ik niets verkeerds aan hem. Maar ik wacht nog even op droog weer en een beetje zon…

 

 

 


Vond je dit nou een leuk bericht? Doe dan een donatie!

Geplaatst in Blog en getagd met , , , , , , , .