Het hooi is weer binnen. Hoera, wat een bevalling ieder jaar. Niet dat we het zelf maken hoor. Daar zijn we jaren geleden al mee gestopt. Hooi maken is een vak apart. We laten dat over aan iemand die daar erg goed in is. En zelfs voor hem is het ieder jaar weer een kwestie van samengeknepen billen, want wat doet het weer…?
Wat dat betreft is het een gek jaar. Na een nat en koud voorjaar rolden we ineens de tropen in. Omdat Texel wordt omringd door zout water, is de grondwaterstand hier altijd een precair dingetje. We mogen geen zoet water aan de bodem onttrekken, want dringt het zoute water van buitenaf binnen. Beregenen uit de sloot mag hier dus niet. Nooit. De controle is best streng. Toen onze rijbak net was aangelegd en dus nog erg los was, moest die eigenlijk voor het steviger worden even flink onder water staan. Maar ja, het was juni en droog. Dus hingen we een nachtje een pomp in de sloot… De volgende ochtend stond er gelijk iemand van het waterschap op het erf, dat dat toch niet helemaal de bedoeling was. Leidingwater komt via een dikke kabel van de overkant (Den Helder) naar Texel. Je zou dat in theorie kunnen gebruiken om te sproeien, maar voor je weiland of je bak doet geen mens dat uiteraard.
Auto als vuilnisbak
Terwijl aan de overkant overal waterkanonnen in het land staan en gewassen er nog vrolijk groen uitzien, werd Texel afgelopen weken al geler en droger. We worden gewaarschuwd om spaarzaam met water om te gaan. Dus niet de tuinplantjes sproeien en geen auto’s wassen. Dat laatste valt bij mij in goede aarde, want dat doe ik toch al nooit, tot ergernis van mijn partner. Zowel de binnen- als de buitenkant ziet eruit als een vuilnisbak. Wat niet helpt is dat ik af en toe wat hooinetten kuil voor mijn stofallergische Socrates haal en te lui ben om daarvoor de trailer aan te koppelen. Hoe je zo’n beschermend kleed ook neerlegt, het ziet er achterin toch altijd uit alsof je zo’n net hebt leeggeschud. Maar dat terzijde, een auto moet het gewoon doen. De term ‘mooi’ bewaar ik liever voor een paard. Die zouden we in theorie momenteel ook niet mogen wassen, want volgens de verkeerswet hoort die onder ‘voertuigen’, maar afspoelen na de training doe ik toch echt wel.
Waar zijn de hulptroepen…?
Het voordeel van de droogte was wel dat het gemaaide gras in een oogwenk droog was en we, na dat natte voorjaar, een prachtige eerste lading hooi hadden. Ik kom de winter door met zo’n 300 tot 350 kleine pakjes. Daarvoor had ik al grote rollen kuil gekregen. Maar die kunnen pas open als in de winter al het gras op is. Tot die tijd krijgen de paarden ’s nachts hooi. En kleine pakjes zijn voor mij het makkelijkst, want mijn kleine Iseki tractortje is wel schattig, maar niet geschikt om grote balen te verslepen. Nadeel is dat je die kleine pakjes met de hand moet stapelen. En waar het op facebook altijd luidruchtig is als je iets vraagt, bleef het nu akelig stil na mijn oproep om hulpkrachten. Gelukkig kwamen de meiden met enige aanhang helpen. Gezamenlijk viel het toch wel weer mee, al voel ik mijn handen nog steeds, ondanks de handschoenen. Gebroken vingers en pakketouwtjes zijn echt geen goede combinatie.
Hup, in de hangmat
Het laatste dat is binnengekomen is het stro. Dat zit in grote pakken en gaat met de heftruck naar binnen. Het is fantastisch goudgeel en van Texelse bodem, maar door de droogte zijn de pakken wel kleiner. En duurder. Maar we hebben wintervoorraad, ons kan niks meer gebeuren, laat de winter maar komen. Hoewel, de hangmat is mijn favoriete plek, dus nog even wachten…