Elitesport?

Er was afgelopen week weer een nieuwe reden voor opwinding in de paardenwereld. Een verhaal van een Engels meisje dat haar wedstrijdcap aan de wilgen hing. Ze was zwaar teleurgesteld. Hard werken en goed je best doen bleken niet op te wegen tegen geld. Welcome to the real world.

Het meisje beschreef hoe frustrerend het is om je ziel en zaligheid te geven voor een sport, waarin je het steeds aflegt tegen mensen die voor veel geld kant en klare paarden kopen, dure spullen en omgeven met enige gebakken lucht er met de prijzen vandoor gaan. Waarbij het vervelende is dat ze daarmee worden bevestigd dat ze het ‘goed’ doen. Ze winnen immers. Wat dan vaak leidt tot gedrag als: wij weten hoe het hoort. Uit de reacties werd duidelijk dat dit gevoel algemeen wordt gedeeld.

Kwam ik aan, met een anderhalfpaards trailertje…

Het is een bekend fenomeen in een sport, waarbij nou eenmaal meer komt kijken dan een paar sportschoenen en je eigen fitheid. Je kunt voor een deel zo’n oranje rozet kopen. De tijd is wel een beetje veranderd, doordat er meer mensen bij zijn gekomen die zich dure uitspattingen kunnen veroorloven. Maar helemaal nieuw is dit zeker niet. Ik herinner me de scheve blikken toen ik met een trailertje verscheen bij een internationale wedstrijd. Gelukkig had ik daarin een (goedkoop) paard staan dat zich qua prestaties zo had ontpopt, dat hij zich kon meten met de duur aangeschafte toppers. Ik weet oprecht niet of ik dat in de huidige tijd nog steeds zou kunnen, je met een ‘gewoon’ paard opwerken, zonder een flink banksaldo en tijd om je droom na te jagen in plaats van hard te moeten werken om alles te bekostigen. Ik weet wel zeker dat ik nu niet meer de gedrevenheid en motivatie kan opbrengen om met die beperkte middelen overal op af te gaan, tegenslagen en tegenwerking (ook toen al was er sprake van dressuurpolitiek) te doorstaan en toch door te zetten. Tja, die goeie ouwe tijd…

Mooie verhalen waren er altijd al

Wat beslist erger is geworden is dat wat vroeger onder ‘elitair’ werd gevangen, tegenwoordig al op veel lager niveau gebeurt. Dat loopt lang niet altijd goed af. De voor veel geld aangeschafte topper is niet door iedereen zonder kennis zo even na te rijden. Dan is de lol er vaak snel af. En duur staat ook niet automatisch voor goed, waar een paar slimme handelaren en fokkers handig op inspelen, door argeloze maar welvarende kopers met stroop te bewerken. Ik geef ze geen ongelijk hoor. Ik blijf zelf een arme ploeteraar, doordat ik geen goede verkoper ben. Anders had ik allang een manier gevonden om de inhoud van mijn hoofd en deze lettertjes tot een beter verdienmodel te maken, maar dat terzijde.

Kun jij goed tegen je verlies?

Hoe je hiermee omgaat hangt tevens af van je ambities. Ik zie toch nog genoeg landelijke wedstrijden waar tot Z niveau hele ‘normale’ paarden en pony’s rondlopen. Maar kom je daarboven, dan lijkt het inderdaad wel of je niet meer meetelt als je geen vrachtwagen hebt, een bekende naam of minstens meerdere paarden die hun benen langs hun neus kunnen leggen. Is er geen lol aan om je daarmee te meten? Dat hangt ervan af of je voor de winst gaat of voor de beste prestatie die je uit jezelf en jouw rijdier wilt halen. Waarbij je misschien inderdaad standaard onderaan de lijst eindigt, maar als je je daarbij focust op wat je zelf iedere keer wilt verbeteren, kan daar toch een soort van bevrediging in zitten. Een wedstrijd niet om de wedstrijd, maar als meetmoment voor je africhting. Het is ook belangrijk om enig realisme te hebben over waar je zelf staat. Dat ontbreekt ook nog wel eens. In je eigen rijbaan ben je altijd wereldkampioen. Je moet sowieso een dikke huid hebben, als je de strijd aangaat. Er is geen sport waarbij je zo goed tegen je verlies moet kunnen als dressuur. Er doen er gemiddeld zo’n twintig tot dertig mee en maar één daarvan staat bovenaan…en of dat terecht is, is dan nog vers twee.

Donaties welkom!

Overigens hoeft het niet hè, wedstrijden rijden. Je kunt ook met enorm veel passie paardrijden of proberen een paard optimaal af te richten, zónder dat je je in een witte rijbroek hijst. Ik heb daar een heel hoofdstuk aan gewijd in mijn laatste boek Paardrijden voor je Plezier. Nu we het daar toch over hebben: na een jaar leuren bij uitgevers is het me niet gelukt een buitenlands contact te vinden voor de Engelse vertaling. Vandaar dat ik heb besloten om het in hoofdstukken te publiceren op deze website, te beginnen vandaag, met het verzoek of jullie dit mede willen verspreiden onder jullie Engelstalige contacten. Er komt een geheel vrijwillige ‘donatie’ button bij, in de hoop dat mensen die er wat aan hebben of met plezier mijn schrijfwerk lezen beseffen dat ook hier de kachel niet voor niets kan branden. De suggestie om na de inleiding de tekst te ‘blurren’, zodat je alleen na betaling kan verder lezen, volg ik niet op, omdat ik daar zelf altijd een pesthekel aan heb. Vind je het wat waard, word je er blij van, heb je er wat aan, dan hoop ik dat er genoeg mensen zijn die dat laten blijken. Zo niet, dan kan ik altijd nog het roer omgooien, de schrijfwereld vaarwel zeggen en een nieuwe baan zoeken. Dus als je nog iemand zoekt…


Vond je dit nou een leuk bericht? Doe dan een donatie!

Geplaatst in Blog en getagd met , , , , , , .