We zijn het er nu toch wel officieel over eens dat het een zomer van lik m’n vestje is, hè? Vorige week gingen we een dagje varen in Friesland met een goede vriendin… Dus niet. Windkracht 6 en stortbuien. Zo stond ik ook al twee keer klaar met een zadel, dat ik maar weer heb teruggehangen. Ik ben nog altijd best fanatiek. Maar wat is het leerdoel voor een paard als je hem met tegenzin door de slagregens een oefening wilt laten doen?
Over leerdoelen gesproken, er viel me weer iets op. Ik roep altijd dat je duidelijk moet zijn tegen een paard. Dat is iets anders dan streng, al wordt dat vaak door elkaar gehaald. Duidelijk heeft niets met straf of boosheid te maken. Het is niet dat hij iets NIET mag doen, je wilt helder aangeven wat je WEL van hem verlangt. Overigens moet je ook dat ‘niet’ nooit met boosheid aangeven, want dat creëert angst en afkeer.
Wat die duidelijkheid betreft zijn wij mensen waardeloze wezens. Wees even eerlijk: als je gaat halthouden, houd je dan druk op de teugels om er zeker van te zijn dat hij stilstaat? Of denk je daar niet eens bij na? Druk op de teugels is een hulp. Als je dat doet, verwacht je iets van een paard. Een reactie. Over het algemeen wil je dan een ‘ho’. Als hij de hulp heeft opgevolgd, hoor je te stoppen met het geven ervan. Of eigenlijk doe je dat al iets eerder, als je voelt dat hij het juiste antwoord gaat geven. Want het wegnemen van druk is immers voor een paard een beloning. En gedrag dat hem iets oplevert, wordt herhaald, om er nog maar eens een tegeltjeswijsheid tegenaan te gooien.
Loslaten is niet de hulp voor voorwaarts
Als je stilstaat met de druk eraf, mag een paard pas weer in beweging komen als je daar een andere hulp voor geeft. Aanraken met twee benen bijvoorbeeld, als je naar voren wilt. Maar in de dagelijkse praktijk zijn veel ruiters bang dat hun paard niet blijft staan. Dus ze houden de druk erop. Waardoor dat paard denkt ‘hé, ik krijg nog steeds een hulp. Laat ik eens naar achteren stappen. Of opzij. Misschien bedoelt ze dat.’ Of, wat je dan ook krijgt is dat de druk pas weggaat als de ruiter weer naar voren wil. Waardoor de hulp voor vooruit niet een beenhulp is, maar het loslaten van druk. Maar dat is niet je hulp voor voorwaarts, dat is iets dat je er onbewust in hebt laten sluipen. En wat ga je dan in zo’n geval doen als je achterwaarts wil? Nog harder trekken?
Wij zijn warrige wezens
Dit is ook wat ik bedoel met duidelijkheid. Je moet er af en toe eens over nadenken wat voor aanwijzingen je je paard geeft. Wat verwacht je van hem en hoe geef je dat aan? Wij zijn ongelooflijk warrige wezens voor een paard. Vaak gokt hij noodgedwongen wat we bedoelen. En als hij misgokt, krijgt hij op zijn kop. Consequent zijn is ook zo’n kreet die ik vaak gebruik. Maar dat bedoel ik dan ook weer vaak iets anders. Je moet namelijk vooral consequent zijn naar jezelf. In de zin van: hoe helder ben jij?
Blijf stáán
Nog even een extra zijstapje naar dat halthouden, maar dan in de proef. Ik word er namelijk een beetje moedeloos van. Wáár denk je aan bij de oefening halthouden? Dat een paard stilstaat. Dus niet terugstapt, wiebelt of anderszins beweegt. Daarbij wil je het gewicht op vier benen hebben, die vierkant zijn geplaatst, dus keurig in lijn met elkaar. Maar je wilt toch ook laten zien dat je dat stilstaan beheerst? Dus wat verwacht je dat ik als jury denk als je op de plek van het halthouden inhoudt, maar niet wezenlijk blijft staan? Ja, misschien voor een milliseconde. Als je daarna meteen doorschiet in achterwaarts of weer naar voren gaat, afhankelijk van welke proef het is, dan is het toch niet verwonderlijk dat ik denk dat je niet kunt stilstaan op commando? En dus een 1 geef voor de moeite, omdat je toch nog langs de plek van die letter bent gekomen? Halthouden is op zich best een lastige oefening, want je moet het op de goede manier doen. Stilstaan kan echter ieder paard. Daar is niet echt talent voor nodig. Doe dat dan dus ook, op zijn minst vier seconden.
In de polonaise
De Olympische dressuur ligt inmiddels alweer achter ons. Ik heb er zijdelings wel wat van gezien, maar zat niet aan de buis gekluisterd, zoals in het verleden vaak gebeurde. Ik vind die hele Spelen dit keer toch een beetje geforceerd sfeerloos gebeuren, zo zonder publiek. Ik wil niets afdoen aan de prestaties hoor. Maar ik was erbij in Londen en dat was toch echt anders. In de trein op weg naar Greenwich Park liepen we al in polonaise met Jamaicanen (gingen naar Usain), Zweden met vikinghelmen op en allerlei andere nationaliteiten in de meest bijzondere uitdossingen. De sfeer, het feest, de verbroedering, ik vergeet dat nooit meer. De kür was nog op mijn verjaardag ook, dat werd na afloop een groot feest in een pizzaria vlakbij, die oranje kleurde van alle Nederlanders die er samengroepten (weet je nog, Jacques Poppen en Gunda Brunotte?). Mijn voornemen is om er in Parijs weer bij te zijn.
Een Russische marteldame
Wat betreft het rijden, van wat ik wel heb gezien verwijs ik graag naar de proeven van Jessica, Charlotte, Carl en die Amerikaanse Schut-Kery. Als we dat nou allemaal als voorbeeld nemen… Er was vooraf een oproep via blogs om te jureren wat er te zien was, niet wie er reed. Je kunt beargumenteren dat dat is gedaan. Maar als ik dan zie dat die Russische marteldame nog met meer dan 60 procent, dus voldoende, de ring uit komt, dan zou ik toch graag haar scoresheets willen zien. Bij alle jury’s een dikke onvoldoende voor de wijze van rijden en pittig commentaar erbij over haar aanpak is iets dat we moeten uitdragen, willen we de wereld van de dressuur verbeteren. Duidelijk en consequent.