Als jullie dit lezen heb ik net twee dagen voor de klas gestaan bij een groencollege in Barneveld. Iets waar ik naar uitkeek, want er zit een schooljuffrouw in mijn genen. En het bracht me meteen in de gelegenheid om in die buurt naar nieuwe rijlaarzen te kijken. Want ondanks de blessuretijd voor DD heb ik gelukkig nog genoeg te rijden. Ik zou bijzonder ongezellig worden zonder.
Ongeveer grenzend aan onze achtertuin is een natuurgebied, waar onlangs vele miljoenen in zijn gepompt om het nóg fraaier te maken. Natuurbouw, een contradictio in terminus. Over het nut ervan wil ik het nu niet hebben, want daarover is het stof net zo’n beetje neergedwarreld op het eiland. Eén van de tegemoetkoming was dat er een ruiterpad langs de rand zou komen. Ik heb onlangs al eens lopen zoeken, maar geen bordje gevonden. Of iets dat op een begaanbaar ruiterpad leek. Nu zag ik op facebook een foto van een fraai houten opstapje, dat ten behoeve van ruiters bij een hek naast een wildrooster was gemaakt. Heel attent en de maker is een gewaardeerde vriend, dus daar geen kwaad woord over. Maar de foto bekijkend vroeg ik me af of bij de totstandkoming van zo’n pad nou niemand op het idee komt om een ruiter te laten proefrijden, dan wel iemand met paardenverstand te raadplegen. Want het heeft waarschijnlijk een behoorlijke duit gekost en ik kan je zo al vertellen dat er bijzonder weinig ruiters gebruik van gaan maken. Afstijgen en weer opstijgen is -zelfs met opstapje- onderweg niet populair. Maar al zou je dat doen, dan moet je door een hek en je paard aan de hand laten draaien op een erg schuine helling naar een sloot! Degene die dit heeft bedacht bied ik bij deze een gratis lezing paardengedrag bij mij aan. Leuk idee hoor, zo’n pad als goedmakertje. Maar op deze manier is het dure gebakken lucht.
Een verbaal moddergevecht
Er werd deze week nog meer geld weggegooid. De Dierenbescherming is een campagne gestart tegen het alleen staan van paarden. Ik verwijs even naar mijn blog van 22 februari van dit jaar, toen er óók al zoiets gebeurde met als resultaat… Ik weet het, verandering komt geleidelijk en begint met het ombuigen van de mentaliteit. Dus je moet het erin hameren. Het punt is dat in de paardenwereld altijd hard wordt geroepen, maar dan krijg je al snel de ‘neem mijn geval’ uitzonderingen, waardoor we onszelf weer lekker recht praten. Het sluit naadloos aan bij alle ophef die er volgde op een inderdaad wat ongelukkig internetbericht op de site van Bit, over wat je aan afleiding kunt bieden als je paard 20 uur per dag op stal staat. De teneur van het verhaal was heus dat dat niet goed voor hem is, dus zeker geen streven moet zijn. Maar fundamentalisten lezen slechts half en hadden aan een paar woorden genoeg om weer verbaal over elkaar heen te buitelen, waardoor de misschien iets gematigder lezer meteen geschrokken afhaakt en dus ook niet uitkomt bij het opvoedkundige stukje waaróm je dit eigenlijk helemaal niet zou moeten willen.
Steek je kop niet in het zand
Laten we onze kop nou niet in het zand steken. In dit land staat het merendeel van de paarden in de winterperiode 20 uur per dag op stal. Zo niet meer. En je kunt wel heel hard schreeuwen dat dat slecht is en dat die van jou 24 uur buiten staan, maar daar los je het niet mee op. Komen ze wél buiten, dan staat er een behoorlijk aantal alleen in een paddock of weitje. En met de beperkte ruimte die er is, is dat soms ook maar beter. Kuddevorming is gebaseerd op vrijwilligheid, niet op de groepen die wij samenstellen door paarden gedwongen bij elkaar te zetten. Als dat op een te klein perceel is, kan dat echt tot problemen leiden. Als je iets wilt veranderen, begint dan met uitleg waarom, bewustwording en met begrip voor bestaande situaties zonder verwijten te kijken of en hoe het beter kan. Als je iemand in de verdediging dwingt leidt dat meestal niet tot bereidwilligheid om te veranderen. Het mooiste is natuurlijk om het op te lossen vooraan in een traject. Maar als er al wat staat, is misschien aanpassing mogelijk. Dus, makers van het ruiterpad Waalenburg, de koffie staat klaar…