We hebben een nieuw paard op stal. Eén van de pensionklanten is verhuisd naar een andere plek. In goede harmonie hoor, kwam gewoon qua afstand tot een binnenmanege beter uit voor haar. Maar bij een kleine groep zoals die van ons, heeft zo’n wisseling wel impact. Vooral op mij, want ik hecht me nogal aan onze bewoners.
De merrie die vertrok was DD’s hartsvriendin. Ze stonden de hele dag tegen elkaar aangeplakt. Omdat ze allemaal om de beurt wel eens een tijdje weggaan om te rijden, was het vertrek op zich geen drama. Ze kwam alleen niet meer terug. Hoe dat in een paardenhoofd werkt is natuurlijk voor niemand duidelijk. Mist hij iets? Hij had nog twee merries (en Socrates) om zich over te bekommeren. En, zoals altijd in een groep, schuift een ander vanzelf door. Ik zie hem dus nu met Haya gezellig in een waterplas stampen. Je kunt er geen enkele voorspelling over doen. Ik had verwacht dat de vrij dominante jonge merrie naar voren zou stappen als zijn nieuwe favoriet, maar dat lijkt er tot nu toe nog niet op.
Zumba les tussen de paardenpoep
Het nieuwe paard is een ruin. Zelfde leeftijd als DD, gemakkelijk en sociaal in de omgang. Bij ons gaan nieuwe bewoners altijd eerst een paar dagen apart in de paddock. Dan kunnen ze langzaam aan elkaar wennen en kan de nieuweling worden ontwormd. Wij laten de mest een paar keer per jaar controleren en maken, in overleg met onze dierenarts, daarop een ontwormingsplan. In combinatie met stringent mestruimen, wat in deze natte tijd van het jaar geen pretje is, proberen we daarmee de parasietendruk zo laag mogelijk te houden. Ik ben overigens gezwicht voor de aanschaf van zo’n mestboy-ding, nadat ik weer eens met een te volle kruiwagen vast stond in de prut. Ik kan nu de kruiwagen op een hoger, droger stukje laten en heen en weer lopen. Het is nog steeds een klusje waar geen zumba-les aan kan tippen qua kracht- en conditie opbouw. Maar het wordt net iets minder hachelijk.
Laat ze het zelf uitzoeken
Na die paar dagen gaat de nieuweling in de groep. Ze hebben ruim een hectare en er is nog gras, dus hij gaat er zo tussen. Dat gaat ergens komende week gebeuren. Meestal is het niet erg spannend. Ja, voor de eigenaren. Maar de paarden zijn vaak alleen geïnteresseerd in eten. Soms wordt er even gerend en sneuvelt er een ijzer. Daar moet je je als mens niet teveel in mengen. Wij spreken hun taal niet. Ze moeten het zelf regelen, hoe minder je je daarmee bemoeit, hoe eerder er weer harmonie in de groep komt. Je kunt ook niet voorspellen hoe lang zoiets duurt. Voorlopig staat hij in de paddock en staan er zo dicht mogelijk bij in de wei vier hun nek uit te rekken. Hij staat tussen de merries op stal. Eentje legt het voorzichtig met hem aan, de ander speelt ‘hard to get’. Hoe braaf ook, het geeft altijd enige onrust. Die gaat vanzelf over, ook bij mij.
Het grote oppas-dilemma
We waren nog maar nauwelijks in het nieuwe jaar belandt, of het vakantie- en uitjesdilemma dook alweer op. Het feit dat ik me omring met beesten, waarvan er eentje door zijn ouderdom momenteel bijzonder hulpbehoevend is, maakt het lastig. Ik ben geen vakantieliefhebber, maar af en toe een dagje (of een weekje) weg wil zelfs ik graag. Het vergt enorm veel geregel, waardoor ik al moeilijk begin te kijken bij het idee alleen al. Wat niet betekent dat ik niet wil. Of dat ik dat niet ga proberen te regelen. Of dat ik er vervolgens niet van geniet àls ik het heb geregeld…
Als ik vroeg genoeg opsta kan ik morgen de paarden doen voor we weggaan. De stalgenoten zijn bereid om te helpen, maar zitten soms met werkroosters. Dus wordt voor het binnenhalen de nieuwkomer ‘in het diepe’ gegooid. Maar ze krijgt daarbij de beste hulp die er is: mijn buurmeisje. Ik vind haar nog net iets te jong om het alleen te doen, maar samen gaan ze dat redden. Mijn buurmeisje weet namelijk precies waar alles ligt, hoe alles moet en vooral kent ze de paarden zo goed, dat ik meteen een appje krijg als ze vanuit huis iets afwijkends ziet. Zo’n buurmeisje wens je iedereen toe. De honden zijn er ook blij mee, want die zijn dol op haar. Nu maar hopen dat het hele spul zich een beetje gedraagt. Want je weet het: als de kat van huis is… (ik ben diezelfde avond alweer thuis hoor).