Jij oerstom mens!

De mond is de spiegel van het brein. Voor wie gelijk een duckface trekt: dit gaat over paarden waarop wordt gereden. En nee, deze uitspraak ik niet van mij, maar van de deze week veel te vroeg overleden trainer Jonny Hilberath.

Ik roep vaak tegen leerlingen dat je de tong van je paard in je vingers moet voelen. Of dat het is alsof je hand in hand met je paard loopt. Er zijn nog tal van leuke voorbeelden. Kuikentjes in je handen, sponzen of twee volle champagneglazen zonder te knoeien. Waar het allemaal op neer komt is dat ruiters met gevoel hun teugels horen vast te houden en mee moeten bewegen met het paard. Die teugels zitten immers vast aan een stuk metaal dat in een kwetsbaar en zeer gevoelig deel van het paardenlichaam ligt. Ik hóór jullie nu brullen: BITLOOS. Lieve schatten, dat maakt niets uit voor het verhaal. Ook dán werk je in op een gevoelige plek en een hulp is een hulp. Je kan een paard ook leren om te stoppen als je aan zijn oor trekt. Het principe is niet anders.

Er moet een uitweg zijn

Een paard is een vluchtdier. Als je hem de mogelijkheid tot vluchten belet of lastig maakt, dan vindt hij dat niet fijn. De onrust die dat teweeg brengt, uit hij naar gelang zijn karakter. Pittige types gaan de strijd met je aan en komen in verzet. Of uiten hun ongenoegen met druk gedrag. Wat laconiekere soortgenoten sluiten zich af voor jou, naar mens dat je bent. In beide gevallen bereik je niet wat je wilt. Een paard wil zich veilig voelen door het idee te hebben dat er altijd een uitweg is. Pas dan is er optimale basis voor samenwerking.

Controlfreaks

Contact met de mond of het hoofd van een paard is voor ons mensen een manier om controle uit te oefenen. Dat willen we graag. Daarnaast vinden wij het fijn om iets met onze handen te doen. Als je het als buitenaards wezen bekijkt is het natuurlijk idioot: zo’n klein zwak mensje dat door middel van een touwtje of twee leren teugels een veel sterker en daardoor dus potentieel gevaarlijk beest in bedwang probeert te houden. We zijn ons ergens in ons achterhoofd zeer bewust van dat gevaar. En dat is precies waar het mis gaat.

Durf je echt los te laten?

Alleen zeer ervaren paardenmensen of ruiters hebben hun automatische reflexen zo goed onder controle leren te krijgen dat ze, als het spannend wordt, de druk loslaten. Alle anderen zeggen soms wel dat ze dat doen, maar als je dan kijkt hoe kort ze de teugels of het touwtje vast hebben, dan weet je dat dit voor de bühne is. En een paard voelt dat ook zo. Die weet dat er maar één bries of onderhuidse trilling voor nodig is, om de druk er weer vol op te krijgen. Echt rustig worden ze dus niet, met als gevolg enzovoorts enzovoorts.  Iets met een vicieuze cirkel.

Constante hulp is geen hulp

Een hulp is een kort signaal wat aangeeft dat het paard iets moet doen. Wat ook nogal eens fout gaat is dat we een hulp geven omdat we willen dat een paard iets laat. Ander verhaal. Op een aanwijzing van ons hoort een reactie te volgen. Maar als je een hulp aanhoudt, is het geen aanwijzing meer. Dan wordt het iets waaraan een paard heel makkelijk went en dus niet meer op reageert. Neem een singel om zijn buik. De eerste keer dat hij die voelt is gek. Maar als het blijft zitten en dat vaker gebeurt, dan reageert hij daar niet meer op. Of neem een voortdurend op druk staande buitenteugel op een volte, dat wordt iets om lekker tegenaan te leunen.

 

Kortom: een teugelverbinding hoort zacht en meegaand te zijn. Een hulp is een korte aanwijzing. Een open mond of een blauwe tong komt niet voor als je voorgaande twee punten goed uitvoert. Als je dat wel ziet, is het een duidelijke spiegel van wat een paard denkt: jij oerstom, naar mens!


Vond je dit nou een leuk bericht? Doe dan een donatie!

Geplaatst in Blog en getagd met , , , , , .