Dag mam

De beesten hebben goed in de gaten dat het anders is dan anders. We wisselen het waken bij mijn moeder af.

Als ik thuis ben, wijken drie honden, één kat en één kip niet van mijn zijde. Labrador Beer kijkt me aan met ongeruste ogen. Binkie is zenuwachtig en wil steeds op schoot. Als dat niet kan, zit hij zachtjes naast me te jammeren.  Dot is ronduit stout. Ze springt over het muurtje van de tuin en wordt door de overbuurmeisjes van de manege teruggebracht. Een uur later ligt ze in een vieze prutsloot. Heeft ze nog nooit eerder gedaan.

Beschermend

De paarden zijn allerliefst. Er wordt wel eens wat wetenschappelijks beweerd over beperkte intelligentie van dieren. Ik heb daar een andere mening over. Natuurlijk heb ik een band met ze, ik leef tussen hen in. Maar toen ik vanmorgen DD in de wei zette, waarna hij normaal vrolijk wegstapt naar het reepje gras dat ik heb bijgegeven, bleef hij dicht bij me. Niet hengelend naar snoepjes of kriebelen van zijn schoft. Hij stond gewoon heel rustig, zijn hals beschermend half om me heen. En hij liep pas weg toen ik in de schuur was verdwenen.

Automatische piloot

Lesgeven lukt niet, mijn hoofd wil niet ‘aan’. Zelfde geldt voor werken en trainen. Ik rijd wel, maar alleen strand- en bosritten op de automatische piloot, waarbij DD engelachtig lief is. De rest van de tijd zit ik in de kamer van mijn moeder. Ze krijgt, op haar eigen nadrukkelijke verzoek, morfine en een slaapmiddel, zodat het einde dragelijk is. We hebben afscheid van haar genomen toen ze nog bij was. Ze greep naar mijn hand, haar ogen stonden helder. ‘Dag’ fluisterde ze, het klonk zelfs enigszins opgewekt. Mijn zus hield de wacht vannacht, we wisselen elkaar af. Maar in de morgen gingen mijn moeders ogen weer open. ‘Dag’, zuchtte ze. Het menselijk lichaam is een bijzonder ding. Zo kwetsbaar, maar aan de andere kant zo ongelooflijk sterk.

Concentratie

Het is op een bepaalde manier vredig in haar kamer. De balkondeur staat open, de kikkers in de vijver maken een enorm kabaal, maar het is een fijn geluid. Je doet zo’n hele dag niks. Beetje lezen, haar lippen nat maken en haar hand vasthouden, waarmee ze af en toe verbazend krachtig knijpt. Toch word ik er doodmoe van. Het gekke is dat je zo weinig ruimte in je hoofd lijkt over te houden voor andere dingen. Toen het net allemaal mis ging, maakte ik me nog druk om werk dat moest worden gedaan, lessen die op de planning stonden en het gras dat moet gemaaid. Maar hier in die kamer, met het geluid van haar onregelmatige ademhaling, is niets belangrijk. Een dag duurt lang, terwijl de tijd toch lijkt te vliegen. Ik kan me nergens op concentreren.

Tranen

Ik ben verbaasd over hoe emotioneel ik af en toe ben. Het is goed, ik zag het al een tijdje aankomen. En het gaat zoals zij het wil. Ik dacht dat ik iedere traan al had gelaten. Maar er zijn er nog meer. Ze ligt in bed, zo klein, ze lijkt wel gekrompen. Ik zeg het tegen haar: ‘Dag mam, ga maar. Het is goed.’

Ze overlijdt in de vroege ochtend van Tweede Pinksterdag.

 

ps.

Voor de mensen die zaterdag a.s. naar de Dag van het Oudere Paard in Soest komen voor mijn lezingen: ik ben er. Ze vond het prachtig dat ik dat soort dingen deed en voor mij is het een fijne afleiding om me te omringen met leuke, lieve mensen. Dus ik zie jullie daar.

 


Vond je dit nou een leuk bericht? Doe dan een donatie!

Geplaatst in Blog en getagd met , , , .